Wat levert RoSF eigenlijk op? Die vraag wordt ons steeds vaker gesteld. We verwijzen dan naar de nieuwspagina van de website. Kijk eens wat er allemaal gebeurd! Een ecosysteem waar het Noorden mooi op verder kan bouwen. Maar we zijn natuurlijk vooral geïnteresseerd in wat onze 40 partners er mee kunnen. Daar gaan we de komende maanden over publiceren. Hans van Eerden, die ook schrijft voor Link Magazine, vroeg aan alle partners: “Wat doe je binnen RoSF, en wat heb je daar eigenlijk aan? Strategisch gesproken en in de ‘years to come’. Deze keer: SRON.


Profiel
Ruimteonderzoeksinstituut SRON telt zo’n 200 medewerkers en heeft vestigingen in Groningen en Utrecht. SRON ontwikkelt technologie en geavanceerde instrumenten voor astrofysische research, aardobservatie en exoplanetenonderzoek vanuit de ruimte. Een van de projecten waaraan SRON deelneemt is PLATO: PLAnetary Transits and Oscillations of stars. Deze ruimtemissie van ESA (European Space Agency) heeft tot doel aardachtige exoplaneten te ontdekken en hun belangrijkste eigenschappen (zoals diameter, dichtheid en instraling van de moederster) te bepalen.

Artist impression van de PLATO ruimtemissie. (Illustratie: OHB System)

Wat doet SRON in RoSF?
SRON legt zich binnen de ‘Design for smart factory’ pilot toe op model-based systems engineering. Een dergelijke aanpak is nodig voor complexe systemen zoals de extreem gevoelige camera’s voor PLATO. Met die camera’s zijn exoplaneten te detecteren door te kijken naar minieme variaties in de lichtsterkte van een ster als gevolg van een planeet die voorlangs beweegt en iets van het sterlicht afschermt.
SRON gaat de camera’s testen die Europese partners voor deze missie bouwen en ontwikkelt daarvoor testsystemen die de kwaliteit van de camera’s moeten verifiëren en borgen. Met behulp van computermodellen wil SRON zekerstellen dat de testsystemen precies testen wat getest moet worden en andere factoren geen ongewenste invloed op de testresultaten hebben. Deze computermodellen vormen de basis voor mechanische, thermische en optische simulaties. In RoSF onderzoekt SRON samen met partners hoe die simulaties het beste aan elkaar kunnen worden gekoppeld. Thermische effecten kunnen immers leiden tot mechanische vervormingen en die beïnvloeden op hun beurt de optische stralengang in een camera.

Model-based systems engineering is nodig bij complexe ontwikkelingen, zoals testsystemen voor de extreem gevoelige camera’s voor PLATO.

Wat levert het op?
Gert de Lange, senior instrument scientist bij SRON: “We willen bijvoorbeeld het effect van extreme temperaturen in de ruimte op de camera’s onderzoeken. Daarom bouwen we hier een ruimtesimulator en die ontwerpen we met model-based systems engineering. De simulaties hebben we nodig om tot een goed gedefinieerde test-set-up te komen. In het voortraject van PLATO hebben we al contact gehad met RoSF-partners zoals Demcon en STT. Nu willen we in de fase van het detailontwerp nauw met hen gaan samenwerken.”
Pieter Dieleman, manager van de Instrument Science Group bij SRON: “Net als de andere kennisinstellingen in RoSF kunnen wij een soort software-toolbox ontwikkelen waarmee verschillende bedrijven hun voordeel kunnen doen. Met onze model-based systems engineering aanpak willen wij ‘first time right’ de modellen en hardware voor onze testsystemen bouwen. Deze aanpak kan ook worden ingezet in de smart factory die naar zero-defect productie wil gaan.”

Wat betekent RoSF voor SRON?
Pieter Dieleman waardeert de verbindende functie van RoSF: “Partners zoals Demcon hadden we niet ontdekt zonder onze deelname aan RoSF en we doen er ook weer nieuwe ideeën op. Omgekeerd zijn we blij dat we via RoSF bekender worden in de regio. Bedrijven weten nu beter dat we bepaalde technieken, bijvoorbeeld voor cryogene toepassingen, in huis hebben en dat we op hoog niveau met model-based systems engineering werken.”
De waarde van het RoSF-project ligt voor SRON vooral in de kennisoverdracht. Gert de Lange. “Met sommige partners kijken we ook breder hoe we kunnen samenwerken, bijvoorbeeld door personeel uit te wisselen, zodat zij onze systemen goed leren kennen. Expertise is niet helemaal in documenten vast te leggen, die moet je vooral ondervinden.”
Pieter Dieleman tot slot: “Omdat wij altijd werken aan projecten op de grens van wat technologisch mogelijk is, zullen we onze manier van model-based systems engineering verder blijven ontwikkelen. Zo hebben we altijd al in een vroeg stadium een goed begrip van de complexe systemen die we bouwen. In het internationale ruimteonderzoek lopen we met deze aanpak voorop en staan we bekend als een betrouwbare partner die kwaliteit levert, op tijd. Onze methodiek is direct toepasbaar in de hightech machinebouw waar Nederland om bekend staat. Daarmee blijven we interessant voor de system integrators die partner in RoSF zijn en werken voor deze sector.”